Levend of inclusief denken
Van levend denken - ook wel ‘inclusief denken’ genoemd – wordt vaak gedacht dat het een soort mentaal en bedrijvig spel in het hoofd is. Het tegendeel is echter waar. Levend denken vloeit voort uit een gerichte en vooral een interne stille geest met als resultaat een creatieve en inventieve levenshouding. Je wordt er deelgenood van als je anderen en vooral jezelf respecteert zoals je bent en dat is lastiger dan we doorgaans veronderstellen.
Met levend denken treedt je de ander of het andere vrij en open tegemoet. Niet door je zo weinig mogelijk van elkaar aan te trekken of door de frustraties en weerstanden die eruit voort kunnen komen te vermijden en dus eigenlijk zo het anders-zijn subtiel te ontkennen. Dat soort ‘denken’ is zo dood als een pier, het herhaalt patronen en brengt niets nieuws of inventiefs voort. Bij inclusief of levend denken past geen zwijgen omwille van de ‘lieve vrede’ of het in Nederland zo gewaardeerde polderen – feitelijk een verkapte vorm van valse hoop en de ander 'gedogend' ontkennen.
Misschien is het wel onze grootste opgave om anderen niet ondanks, maar dankzij hun anders-zijn te accepteren, want alleen daaruit ontwikkelt zich iets fris en nieuws en kunnen de wederzijdse contacten (weer) levend worden.
Levend of inclusief denken betekent frank en vrij voor de ander openstaan, met hem of haar in gesprek gaan en vrijuit vertellen wat jou bezighoudt en wat je op je hart hebt. Eigenlijk dus gewoon samen communiceren. Zonder vooropgezet plan of idee de ander in jouw invloedsfeer insluiten, zodat het in jullie beider denken en gevoelen betrokken kan worden.
Omdat we nu eenmaal aan de vruchten de boom herkennen, gaat levend denken feitelijk over hoe we ons in de dagelijkse praktijk tegenover elkaar gedragen en opstellen. Weet dan, dat het mentale denken aan iedere handeling voorafgaat en nadien uitmondt in wat als communicatie onze mond verlaat en wat de ander dus van ons hoort.
Een mooi voorbeeld daarvan zag ik onlangs van een bekende politica op de televisie. Ze zei zonder blikken of blozen en met de stilzwijgende en dus gedogende instemming van haar mede-gespreksgenoten aan tafel: ‘Je kunt in de Nederlandse politiek met je onvrede en ongenoegen overal terecht.’
Het is zo’n tussendoor opmerking die vrijwel door niemand wordt opgemerkt. Toch verraadt het precies de denkrichting waar deze politica en met haar een groot deel van de landelijke politici, van uitgaat. Haar gevestigde politieke denken richt zich op wat er zoal niet klopt en niemand aan de gesprekstafel was zo wakker of had de moed om haar eraan te herinneren waar politiek feitelijk voor staat en over hoort te gaan.
Politiek en politieke denkbeelden zouden gedragen moeten worden door leiders met een inspirerende en aantrekkelijke levenswandel. Leiders die een aansprekende filosofie uitdragen en burgers aanzeten om in gehelen in plaats van in misleidende en beperkende delen te denken. Te denken in coöperatief samenwerken en verbinden in plaats van een Alleingang of soleren. Dat vraagt om een andere manier van over elkaar denken, om andere praktijken en van daaruit om andere organisaties.
Niet zoals nu partijpolitieke of egocentische belangen voeren dan de boventoon, maar de filosofie en de levenshouding van de kopstukken worden leidend en bepalend voor onze attitude. Die geven de richting aan waarin ook ons collectieve denken zich dan gaat bewegen en dat vraagt, wanneer we naar de basis teruggaan waarmee de stroming of de partij ooit is begonnen, om levend en vitaal, ofwel inclusief denken wat we leren in onze ‘Werkplaats voor de geest’ (zie kader).
Het ontspruit uit een open mind, vanuit belangstelling in de ander, uit nabijheid en tolerantie en vooral uit geduld, verdraagzaamheid en respect. Het biedt ruimte voor intuïtie, harttocht en passie als dé brandstof voor professionele praktijken. Het zijn deze specifiek menselijke kwaliteiten die in de huidige samenleving weliswaar niet geheel verdwenen zijn, maar in de maatschappelijke leiding en het politieke debat niet de boventoon voeren, laat staan een rol in de dagelijkse opinievorming van de samenleving spelen.
Ons huidige denken, of wat daarvoor doorgaat, wordt bepaalt door angst, hedonisme en consumentisme en gaat in grote mate uit van individualiteit, waaruit het veelvuldig gehoorde soleren en opsplitsen voortkomt. Op deze manier geven we onbewust de voorkeur aan exclusief en feitelijk aan oudbakken in plaats van aan fris en levend denken!
Een ander voorbeeld is de enthousiaste opkomst van het woord ‘echt’ in ons dagelijkse en politieke taalgebruik. Wanneer je goed luistert, spreekt het boekdelen. Je moet echt ziek zijn, echt arbeidsongeschikt, echt hulpbehoevend zijn, etc. Het is een manier van uitdrukken dat op zijn minst de suggestie wekt dat veel mensen de kluit belazeren. Het denken in exclusiviteit ligt aan de basis van dit gebrek aan vertrouwen en is hetzelfde als wat we de politica op de televisie ook hoorden verkondigen.
Om de verwarring nog groter te maken en dwars door de vele vergissingen heen, dringt de politiek er bij de goedwillende burger ook nog op aan, diens mobiliteit op te waarderen, diens mentale bijdrage nóg beter te ordenen (computertechnologie) en diens communicatie te versnellen (televisie en telefonie). Het lijkt erop dat versnellen, vergroten en beheersen de shortcuts van deze tijd zijn geworden, want deze mantra's liggen aan de basis van het exclusieve denken zoals we die nu in de praktijk ervaren en hanteren.
De paradigmashift waar we in deze spannende tijd vóór staan, confronteert ons evenwel met een heel andere denkrichting en levenshouding. Het vraagt om een samenleving die zich gedragen weet en zich heeft leren verhouden tot de paradoxen versnellen versus vertragen, zodat we meer dan nu aan onszelf toekomen; vergroten versus opdelen in kleinere en behapbaarder eenheden i.p.v. het ongebreidelde schaalvergroten; beheersen en controleren versus loslaten en vertrouwen, waarin we leren elkaar zonder garanties of voorwaarden vooraf tegemoet te treden.
De op ons toestormende nieuwe tijd vraagt ons niet om tussen ofwel het éne of het andere te kiezen, maar om en/en-houding en daarvoor is inclusief of levend denken onontbeerlijk.
Reactie toevoegen